Gedrag wordt bepalend bij het mogen doneren van bloed

Het gedrag van mannen die seks hebben met mannen wordt bepalend voor het al dan niet mogen doneren van bloed. Bloedbank Sanquin gaat het besluit of iemand wel of geen donor mag worden vanaf januari baseren op een vragenlijst over iemands gedrag.

Dat schrijft minister Ernst Kuipers van Volksgezondheid in een brief aan de Tweede kamer.

Nu mogen seksueel actieve homo- en biseksuele mannen alleen bloed doneren als ze een langer dan een jaar een monogame relatie hebben of hun laatste seksuele contact langer dan vier maanden geleden was.

Tot 2015 was het voor seksueel actieve homo- en biseksuele mannen helemaal niet toegestaan om bloed te doneren. Dat was zo bepaald omdat zij statistisch een hoger risico lopen op infectieziekten als hiv, het seksueel overdraagbare virus dat aids veroorzaakt. De uitsluiting werd door veel mannen als discriminerend ervaren.

Vervolgens werd de regel dat bloeddonatie alleen mocht als de donor in de vier maanden daarvoor geen seks had gehad. Na onderzoek werden vorig jaar de regels pas echt versoepeld.

Bloed- en plasmadonatie werd mogelijk voor mannen die een ‘duurzame monogame relatie’ hebben met andere mannen. Dat wil zeggen dat ze langer dan een jaar samen zijn. Ook wie vier maanden geen seks had, mocht blijven doneren.

Verhoogd risico

Door de aanvullende vragenlijst moet straks duidelijk worden of mensen die bloed willen doneren door hun gedrag een verhoogd risico lopen. Een belangrijke vraag kan dan bijvoorbeeld zijn of iemand die wisselende bedpartners heeft altijd een condoom gebruikt.

Minister Kuipers vindt het een goede zaak dat de bloedbank deze wijziging wil doorvoeren. ‘Ik ben blij dat individueel risicogedrag leidend wordt bij het donorselectiebeleid en niet iemands geaardheid’, schrijft hij in de brief.

(Bron: Rijksoverheid)



Categorieën:Nieuws

Tags: , , ,